Maarten den Dulk maakte een hertaling van de tien geboden. Als voorbereiding op de veertigdagentijd hebben we op onze sectie-avond (Centrum) met 15 personen, Heleen Weimar en Jan Herman Baas hierover gesproken.
Het eerste gebod is ‘Ik, de Liefste, ben je God. Toen Egypteland een slavenhuis werd, haalde ik je eruit.’
We waren verrast over deze benaming.
Het tiende gebod is: Je zit niet achter het huis van een ander aan. Je zit niet achter de vrouw van een ander aan en ook niet achter de mannen en vrouwen in zijn dienst, of zijn trekdier of zijn lastdier, of wat ook van een ander. Opnieuw discussie.
Waarom heeft de schrijver, dit gebod zo uit het perspectief van de man geschreven? Dat past toch niet meer in deze tijd? Ook de andere geboden, over de vrije rustdag (vierde gebod) en oud zijn en ouder worden (vijfde gebod) waren onderwerp van gesprek.
Maar toch. Inge en ik hebben een mail gestuurd naar de uitgever. De uitgever heeft het bericht doorgestuurd aan Maarten den Dulk en per omgaande kregen we bericht terug.
Maarten schrijft dat hij steeds andere woorden voor God heeft gebruikt in zijn boeken. De uitroep ‘Liefste’ had voor hem de meeste kracht bij het schrijven van dit boek. Hij wisselt van benaming, er is niet één ideale vertaling.
Ten aanzien van het tiende gebod nodigt hij ons uit om zelf een aanpassing in de tekst te gebruiken, die wij passend vinden. Hij heeft het gebod beschreven vanuit de historisch, patriarchale verhoudingen. Een vernieuwde druk met een nieuwe tekst komt er niet meer. Maar schroom niet om het gebod in je eigen woorden en passend in deze tijd te zeggen, nodigt hij ons uit.
Een poging van ons is: Je mag niet achter de partner of het huis van een ander aangaan, niet achter het personeel of de dieren of wat dan ook van een ander aangaan. We denken dat het is bedoeld om te benadrukken dat we een goede relatie met de ander aangaan, vrouw, man, partner, lhbtqia+. En ook met dieren, goederen, milieu etc. In een eerlijke relatie past geen jaloezie op wat een ander heeft.
Wat zeggen de tien geboden ons, als christen in 2025, en hoe gaan we ermee om? Wat doen we ermee? De veertigdagentijd is een mooie periode om daar eens over na te denken.
Inge Rodermond en Lia van der Geest
